Duitse wesp / gewone wesp

Duitse wesp / gewone wesp

wesp: bron foto: Wikipedia

Wesp, plaats in het dierenrijk

De Duitse en de gewone wesp

  • de Duitse wesp (Vespula germanica F.)
  • de gewone wesp (Vespula vulgaris L.)

[table id=21 /]

Eerste wetenschappelijke naamgeving door Linnaeus

1. Algemeen

Bekijk hier het filmpje

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is knipsel-animatiefilmpje.jpg

De wesp komt algemeen voor in Nederland en België. De meest voorkomende soorten in Nederland zijn de ‘Duitse wesp’ en de ‘gewone wesp’ ook wel limonadewespen genoemd. Deze twee soorten lijken erg op elkaar. Kleine verschillen zijn er echter wel; zo heeft de gewone wesp’, anders dan de ‘Duitse wesp’, een drietal stippen op de kop en zwarte stippen op het achterlijf. Wespen zijn sociaal levende insecten. Zij leven met verschillende generaties, in groepen bij elkaar, zogeheten wespenvolken. Ze kennen een zogeheten broedzorg. De koningin die in het najaar is bevrucht en op een beschutte plaats de winter heeft doorgebracht, start in het voorjaar, medio maart/april, met de bouw van een nest. Gedurende een seizoen kan het aantal wespen in zo’n volk wel oplopen tot 5000 stuks. Wespen staan bekend omdat zij venijnig kunnen steken. We moeten echter niet vergeten dat zij ook een erg nuttige functie hebben in de natuur; ze vangen namelijk grote aantallen insecten weg. De meeste overlast ervaren we aan het einde van de zomer, de maanden september en oktober.

2. Uiterlijke kenmerken

Kenmerkend voor de Duitse- en gewone wespen zijn de geel-zwarte tekening op het achterlijf en de taille (wespentaille) tussen het borststuk en het achterlijf. Werksters van wespen zijn ongeveer 15 mm. groot. De koningin is iets groter, ca. 20 mm.

3. Voedsel

Wespen eten suikers en eiwitten. De suikers verkrijgen ze door het eten van nectar uit bloemen. De eiwitten worden verkregen via insecten die in grote aantallen worden gevangen. Deze eiwitten worden aan het jonge broed gevoed. Als dank hiervoor ontvangen de werksters suikers van de larven (broed) terug. Aan het einde van de zomer veranderen de werksters het voedsel dat zij aan de larven geven waardoor alleen nog mannetjes (darren) en jonge koninginnen tot ontwikkeling komen. Doordat het aantal werksters op een gegeven moment veel groter is dan het aantal larven, ontvangen zij te weinig suikers terug. Dit is de reden dat wespen elders, buiten het nest, op zoek gaan naar suikers. Zij vinden dit bij ons wat wij dan ook ervaren als overlast. Dit is in de periode augustus/september/oktober.

4. Ontwikkeling

Wespennest in beukenhaag

Wespen hebben een volledige gedaanteverwisseling. Dit betekent dat het stadium dat uit het eitje komt niet op het volwassen insect lijkt. De koningin die alleen in het voorjaar wordt aangetroffen, start met de bouw van het nest. Dit doet zij door hout af te schrapen van houten voorwerpen wat ze fijn kauwt met haar kaken. Met deze op papier lijkende substantie wordt het zeer fragiele nest gebouwd, vaak in de grond maar nesten worden ook aangetroffen in spouwmuren of onder daken.

In het nest begint ze met eieren leggen waaruit de eerste werksters komen. Deze onvruchtbare werksters nemen het bouwen van het nest over van de koningin evenals de verzorging van het broed (larven). De koningin verlaat het nest niet meer en legt alleen nog eieren. Op het eind van de zomer zijn de mannetjes en de jonge koninginnen volwassen en vliegen gezamenlijk uit, de zogeheten bruidsvlucht. Hoog in de lucht worden de jonge koninginnen door de mannetjes bevrucht waarna de mannetjes sterven. De bevruchtte koninginnen zoeken een beschutte plaats waar ze gedurende de winter blijven. In het voorjaar start het proces weer opnieuw. Het oude nest wordt volledig verlaten, de wespen keren er het volgende jaar ook niet meer terug.

5. Verspreiding en habitat

Wespen komen algemeen in Europa, dus ook in Nederland voor. Het aantal wespen(nesten) kan regionaal sterk verschillen. De wespen die worden aangetroffen zijn de werksters die op zoek zijn naar voedsel. In begin voeden zij zichzelf en de larven met andere insecten zoals vliegen aan muggen. In het najaar gaan ze meer op zoek naar suikers. De werksters vliegen doorgaans niet verder dan enkele honderden meters uit hun nest.

6. Preventie en bestrijding

  • Preventie

Er zijn maatregelen die men preventief kan treffen om overlast van wespen te voorkomen.

Openingen in muren dichtmaken
Wespen maken regelmatig hun nest in de spouwmuur. Deze ruimte kunnen zij bereiken via gaten in de muren of in veel gevallen ook via de ventilatieopeningen. Door de gaten dicht te maken en de ventilatieopeningen te voorzien van roosters (bv. bijenbekjes) is de spouwruimte niet meer bereikbaar. Deze maatregel is ook effectief ter voorkoming van muizen in de spouwmuur of verder in de woning.

Vroegtijdig signaleren
Wanneer men goed op let is vroeg in het voorjaar vaak de activiteit van de koningin al zichtbaar en daarmee mogelijk ook de locatie van een nest. Wanneer dit nest op een kritisch plaats zit, kan dan al worden overwogen om het nest te verdelgen zodat overlast later in het seizoen wordt voorkomen.

  • Bestrijding

Wanneer een wespennest leidt tot overlast, kan dit worden bestreden. Advies is om dit te laten uitvoeren door een professional, een vakbekwaam bestrijdingstechnicus. Het kan voorkomen dat tijdens een bestrijdingsactie één of meerdere wespen agressief worden. Wanneer een nest op een hoger gelegen locatie zit, kan dit leiden tot een gevaarlijke situatie.

Het bestrijden van een wespennest wordt uitgevoerd met een (wespen)poeder. Wanneer de juiste plaats van een nest is gelokaliseerd, wordt in de ingang(en) poeder aangebracht. De binnenkomende werksters nemen dit mee in het nest en voeden dit ook aan de koningin. Deze wordt hierdoor gedood waardoor de eiproductie stopt en het nest uitsterft. Dit kan een enkele dag duren. Is het nest bereikbaar, dan is het verstandig dit nest te verwijderen. In een latere fase zouden andere insecten, denk hierbij aan spekkevers, hier namelijk op af kunnen komen om zich te goed te doen aan de dode insecten en larven. Deze kunnen tot een grote populatie uitgroeien en ook weer tot overlast leiden.

In Nederland is nog wespenpoeder toegelaten voor gebruik door particulieren ondermeer verkrijgbaar bij o.a. Boerenbond, Welkoop e.d. Ook zijn er spuitbussen verkrijgbaar tegen kruipende insecten en wespen. Gebruik deze nooit voor de bestrijding van een wespennest. Het drijfgas in deze bussen kan wespen agressief maken. Geadviseerd wordt om de bestrijding te laten uitvoeren door een professionele bestrijder.

7. Verspreiders ziekten

Wespen hebben in hun achterlijf een angel waarmee ze mensen kunnen steken. Tijdens de steek brengen ze een weinig gif in het lichaam. De angel van een wesp bezit, anders dan die van een bij, geen weerhaken waardoor deze bij het steken niet in de huid achter blijft. Een wesp kan dus vaker steken. Over het algemeen is een wespensteek onschuldig. Het is even pijnlijk. De plek zal opzwellen en rood worden en zal later gaan jeuken. Uitzuigen van de wond, eventueel met verwijderen van de angel (wanneer deze toch is achtergebleven) en het koelen van de steekplek dragen bij aan sneller wegnemen van de pijn en jeuk.

Bij sommige mensen echter leidt een steek van een wesp tot een allergische reactie met benauwdheid of zelfs een shockreactie als gevolg. Hiertegen bestaan medicijnen. Mensen die weten dat zij allergische reactie vertonen hebben dit medicijn over het algemeen bij zich. Bij een ernstige allergische reactie is het advies 1-1-2 te bellen.

Download hier de PDF versie van de informatie: informatiebrochure wespen

Informatie Rode Kruis: wat te doen bij een wespensteek